Afgelopen week schreef redacteur Yuri Meesen een column over fat shaming. Interessant, dacht ik, omdat het belangrijk is dat het begrip aandacht krijgt in de maatschappij. Maar de column ging eigenlijk niet écht over fat shaming.
Yuri stelde namelijk, platgeslagen, dat dikke mensen onaantrekkelijk en asociaal zijn. Mijn vetrolletjes en ik voelden ons persoonlijk aangesproken. Als echte “politiek correcte Nederlander” (ik quote Yuri) zal ik dus even op mijn achterste poten gaan staan.
Het begrip fat shaming geeft invulling aan het sociale stigma dat heerst rond overgewicht en obesitas. Het betekent dat mensen die overgewicht hebben niet dezelfde kansen krijgen als mensen die een, volgens de BMI-schaal, normaal gewicht hebben. Fat shaming leidt ertoe dat dikke mensen minder kansen hebben op de werkvloer, minder vaak trouwen en sneller een depressie ontwikkelen. Mensen die een figuur hebben dat er niet uitziet volgens de sociale normen ervaren trouwens hetzelfde.
"Gezondheid en eigenwaarde meet je niet alleen met een weegschaal. Dikke mensen lelijk en asociaal noemen is daarom echt niet oké."
En dan hoor ik je denken, maar overgewicht is toch ongezond? Dat is inderdaad vaak zo, omdat het de kans op het krijgen van bijvoorbeeld diabetes type 2 verhoogt. Maar, plottwist: dikke mensen die sporten en gezond eten hebben minder kans op hart- en vaatziekten dan mensen met een ‘normaal’ gewicht die ongezond leven. Belangrijker dan het cijfer op je weegschaal vind ik dat je je goed voelt in je lichaam. Dat zelfbeeld wordt vaak enorm beïnvloed door maatschappelijke standaarden. Streven naar een ‘perfect lichaam’ brengt crashdiëten, eetstoornissen en overmatig sporten met zich mee. Net zo ongezond als overgewicht als je het mij vraagt. Moraal van het verhaal: gezondheid en eigenwaarde meet je niet alleen met een weegschaal. Dikke mensen lelijk en asociaal noemen is daarom echt niet oké.
Bij dezen dus een ode aan de vetrol. Als ik nu naar mijn billen en buik (inclusief striae en cellulitis) kijk, zie ik lange avonden pottenbakken, zelfgebakken vlaai van mijn oma, wijntjes met vriendinnen en de kookkunsten van mijn lieve vriend. Maakt mij dat asociaal? Dacht het niet. Maakt mij dat lelijk? Kan me aan mijn (dikke vette) reet roesten.
Comments